Iedereen ervaart de wereld door prikkels. Prikkels die we horen, zien, voelen, ruiken en proeven. Dit doen we met onze zintuigen. Met onze zintuigen ervaren wij ons eigen lichaam in deze wereld door evenwicht (vestibulaire), spieren en gewrichten (proprioceptie), huid, oren, ogen, neus, mond. We kunnen niet functioneren als we geen zintuigen zouden hebben.
Het ervaren van prikkels is voor iedereen anders. De een zal een geluid veel sneller horen of als irritant ervaren of zal veel sneller een luchtje ruiken of veranderingen in omgeving opmerken, dan een ander. Hoe je reageert op prikkels verschilt voor iedereen. Dit komt omdat dit voor iedereen de verwerking anders gaat. Dit is afhankelijk van meerdere factoren.
Veel kinderen hebben moeite met de verwerking van prikkels. Ze kunnen overgevoelig zijn voor prikkels, ze vermijden of juist een enorme behoefte aan prikkels hebben. Vaak kunnen ze dit zelf reguleren, door bijv. andere prikkels te gebruiken ter compensatie. De kinderen die dit niet kunnen of niet een efficiënte strategie hebben, hebben een sensorisch informatieverwerkingsprobleem (si). Zij worden hierdoor belemmerd in het functioneren in het dagelijkse leven.